Tijdens de vlucht kroop hij op mijn schoot en niemand kwam hem ophalen

Ik was halverwege mijn luisterboek, probeerde de turbulentie en de jongen naast me die bij elke beweging van mij zuchtte te negeren. Toen voelde ik een klein handje aan mijn mouw trekken. Een jongetje – misschien drie of vier jaar oud – stond in het gangpad, met grote ogen en leek te huilen.
Voordat ik iets kon zeggen, kroop hij op mijn schoot. Hij maakte zich opgerold, alsof hij me kende. Alsof hij dit eerder had gedaan. De mensen om ons heen keken elkaar aan, maar niemand zei iets. De stewardess liep voorbij, glimlachte naar hem alsof het schattig was, en liep verder. Ik wist niet wat te doen. Mijn eerste impuls was te vragen waar zijn ouders waren, maar hij had zijn hoofd al op mijn schouder gelegd en ademde langzaam, alsof hij eindelijk veilig was. Ik keek om me heen, hopend dat iemand – wie dan ook – iets zou zeggen. Maar niets.
Ik hield hem vast tijdens de hele vlucht. Niemand kwam voor hem. Geen omroep. Geen paniek. Gewoon… stilte. Toen we landden en iedereen opstond om hun tassen te pakken, vroeg ik eindelijk aan de vrouw tegenover me of ze wist waar zijn ouders waren. Ze knipoogde naar me en zei: “Ik dacht dat jij zijn moeder was.”
Op dat moment begon een leegte in mijn buik te groeien.
98.7 The Shark
+8
lingopolo.org
+8
lingopolo.org
+8
Ik keek naar het kleine jongetje, die zich al aan het bewegen was en zijn ogen wreef. Hij keek me aan en er verscheen een kleine slaperige glimlach op zijn gezicht. “Zijn we er al?” mompelde hij, zijn stem nog zwaar van de slaap. “Ja,” antwoordde ik zacht, mijn gedachten in de war. “Hoe heet jij, lieverd?”
“Finn,” zei hij en gaapte, terwijl hij zich weer tegen me aanleunde.
“Finn,” herhaalde ik. “Weet je waar je mama en papa zijn?”
Hij schudde zijn hoofd, fronste een beetje. “Ze waren hier eerder.”

Lees verder door hieronder op de knop (VOLGENDE 》) te klikken !