— Voor het huwelijk was jij misschien de baas. Maar nu zijn we een familie. En een zoon heeft het recht om zijn moeder in moeilijke tijden uit te nodigen.
Liza draaide zich om en liep naar de slaapkamer, waarbij ze de deur zo hard dichtsloeg dat het glas in de ramen trilde.
De eerste dagen probeerde ze zichzelf in toom te houden, als een acrobaat op een koord. Maar al snel werd duidelijk: Galina Petrovna was niet van plan een gast te zijn. Ze kwam met bagage, ambities en een plan om iemands leven opnieuw in te richten. Meubels werden verplaatst, gordijnen vervangen, planken leeggeruimd — alles wat niet in haar beeld van het ‘juiste huis’ paste.
— Is dit mijn lamp? — hield Liza een doos met scherven vast, haar stem trilde. — Hij was van mijn oma. Mijn enige herinnering!
— Oh, Liz, dat was een oude lamp — wuifde haar schoonmoeder weg. — Die verzamelde alleen stof. Ik heb een nieuwe besteld — stijlvol, in Scandinavische stijl. Je zult er blij mee zijn.
Aan het einde van de week voelde Liza zich een vreemde in haar eigen huis. Haar spullen verdwenen, haar gewoonten werden bekritiseerd, haar leven werd herschreven als een slecht boek.
— Weer laat? — ontmoette Galina Petrovna haar, terwijl ze haar schort recht trok als een rechter haar mantel. — Sasja zit hongerig te wachten. Mannen hebben zorg nodig, geen jouw projecten.
— Ik had gezegd dat we een deadline hebben — zei Liza, terwijl ze haar jas uittrok.

— In mijn tijd waren vrouwen om zes uur thuis. Borsjt, gezelligheid… — schudde haar schoonmoeder haar hoofd. — En jullie, moderne vrouwen, zijn alleen maar met je carrière bezig.
Na een maand besefte Liza dat ze niet langer de baas was. Ze was een schaduw die bang was om te veel te kraken op de vloer.
Op een avond vond ze Alexander op het balkon, waar hij rookte en naar de lichten van de stad keek.
— We moeten praten — zei ze zacht maar vastberaden.
— Weer? — doofde hij zijn sigaret zonder haar aan te kijken. — Wat is er nu weer?
— Je moeder. Ze is hier al een maand. Wanneer gaat ze weg?
— Liza, ze heeft het moeilijk — zuchtte Alexander alsof hij een kind iets overduidelijks uitlegde. — Je kunt haar nu niet zomaar wegsturen.
— En mijn periode is dan makkelijk? — balde Liza haar vuisten. — Ze heeft mijn favoriete jas weggegooid. Noemde het ‘oude vodden’. Ik droeg die nog op de universiteit!
— Mama wil alleen dat het er mooi uitziet — haalde hij zijn schouders op. — Misschien moet je naar haar luisteren.
— Luisteren? — hijgde Liza van woede. — Er zijn twee vrouwen in huis en ik ben niet de belangrijkste!
Op dat moment kwam Galina Petrovna op het balkon, een doek in haar hand als een vlag.
— Weer ruzie? Liza, je lijkt iedereen expres te irriteren.
— Jullie hebben mijn leven overhoop gehaald! — draaide Liza zich naar haar om. — Dit is mijn huis!
— Jouw huis? — keek haar schoonmoeder haar scheef aan. — Je bent getrouwd, meisje. Dit is nu ons huis.
— Nee — rechtte Liza zich en haar stem werd streng. — Het appartement is voor het huwelijk gekocht, met mijn en mijn moeders geld. Alles officieel geregeld.
— En dan? Ga je me eruit gooien? — gebaarde Galina Petrovna theatraal.
Liza keek naar Alexander. Hij staarde naar de grond, sprakeloos.
— Ik ga weg — zei ze zacht. — Uit dit huis. Uit deze nachtmerrie.
Ze draaide zich om, pakte haar jas en vertrok, terwijl ze de klingelende stilte achterliet.
De dagen sleepten zich voort als een eindeloze regen. Liza huurde een klein studiootje aan de rand van de stad en werkte tot diep in de nacht om niet aan het verleden te denken. Maar elke avond, als ze naar het plafond keek, wist ze: er is geen weg terug.
Op een ochtend kreeg ze een bericht van Alexander: “Misschien kunnen we afspreken? Mama is tot rust gekomen, alles komt goed.”
Liza staarde lang naar het scherm en schreef toen: “Sasja, ik ben ook tot rust gekomen. En ik heb begrepen dat ik niemand nodig heb die niet voor mij kiest.”
Ze blokkeerde zijn nummer en voelde hoe haar vleugels zich weer ontvouwden.
Na een maand keerde Liza terug naar haar appartement. Nieuwe sloten, meubels stonden zoals ze dat wilde, Galina Petrovna was vertrokken — men zei naar haar zus in een andere stad. Alexander probeerde haar te bellen, maar Liza antwoordde niet. De scheiding verliep vlot, dankzij haar attente advocaat.
‘s Avonds zat ze op de bank met een glas wijn, luisterend naar de stilte. Voor het eerst in lange tijd was stilte haar bondgenoot. Op tafel lag een ticket naar Italië — een cadeau aan zichzelf. Ze glimlachte, terwijl ze zich voorstelde hoe ze door de smalle straatjes van Florence zou wandelen en de vrijheid inademen.
Het appartement was weer haar thuis. Maar het belangrijkste was dat zij weer zichzelf was. En niemand zou haar dat ooit meer afnemen.
Lees verder door hieronder op de knop (VOLGENDE 》) te klikken !