Olga trok stilletjes haar schoenen aan, liep de deur uit en ging naar beneden. Ze ging in de auto zitten. Startte de motor, maar reed niet weg. Ze staarde alleen maar in het niets.

Zacht. Goedgelovig. Tekent wel als je het goed brengt.
Igor vond zijn vrouw een naïefje. Zijn moeder ook. Hun zorg, hun vragen, hun aandacht — alles om zich haar bezit toe te eigenen.
Olga pakte haar telefoon. Zocht de contactgegevens van de jurist die haar bij de erfenis had geholpen. Ze stuurde een bericht: “Goedendag. Kan ik morgen langskomen? Ik heb advies nodig over het vastgoed.”
Het antwoord kwam binnen een minuut: “Natuurlijk. Kom om tien uur.”
Olga stopte haar telefoon weg en ademde diep uit. Geen zachtheid meer. Geen vertrouwen meer. Het was tijd om te beschermen wat haar moeder haar had nagelaten.
De volgende ochtend zei Olga tegen Igor dat ze wat dingen te regelen had. Haar man knikte, zonder door te vragen. Olga reed naar het kantoor van de jurist en ging naar de derde verdieping.
De jurist — een man van rond de vijftig, met een bril en een strak pak — begroette haar vriendelijk.
— Goedemiddag, Olga. Gaat u zitten. Wat is er aan de hand?
Olga ging tegenover hem zitten en haalde de map met documenten tevoorschijn.
— Vjatsjeslav Petrovitsj, zegt u eens… als de erfenis op mijn naam staat, kan iemand dan die appartementen zonder mijn toestemming op een andere naam zetten?
— Nee. Alleen de eigenaar kan over het bezit beschikken. Voor elke transactie is uw handtekening én uw aanwezigheid bij de notaris nodig.
— En als ik iets teken zonder te begrijpen wat het is?
Vjatsjeslav Petrovitsj fronste.
— Vertel me precies wat er speelt.
Lees verder door hieronder op de knop (VOLGENDE 》) te klikken !