ADVERTENTIE

— Mama heeft gezegd dat jij ons het datsja moet geven, aangezien jullie toch geen kinderen hebben, — verklaarde de schoonzus zodra ze het huis binnenstapte.

ADVERTENTIE
ADVERTENTIE

 

— Weet je wat jullie probleem is? — zei ze rustig. — Jullie zijn zo gewend om te nemen, dat jullie zijn vergeten hoe je moet geven. Jullie eisen liefde, maar zijn zelf niet in staat lief te hebben. Jullie willen respect, maar respecteren zelf niemand. En vroeg of laat zullen er om jullie heen alleen nog mensen overblijven die precies zo zijn als jullie. En ik wil zo niet worden.

Met die woorden liep ze weg en sloot zacht de deur achter zich.

De weg naar het datsja duurde bijna twee uur. Marina reed in haar oude maar betrouwbare auto, die ze nog vóór haar huwelijk had gekocht. Buiten gleden de landschappen van de buitenwijken voorbij — bossen, velden, kleine dorpjes. Met elke kilometer die haar verder van Moskou verwijderde, voelde ze de spanning van haar afglijden.

Het datsja verwelkomde haar met stilte en koelte. Marina opende het tuinhek en ademde de geur van bloeiende seringen in. Het huisje stond er net zo knus en vertrouwd bij als tijdens het leven van haar grootmoeder. Dezelfde kanten gordijntjes voor de ramen, dezelfde krakende trede op de veranda.

Ze ging naar binnen en deed het licht aan. Aan de muur hingen foto’s — grootmoeder als jong meisje, grootvader in militair uniform, haar moeder als klein kind. Haar familie. Haar échte familie, die van haar hield gewoon omdat ze bestond.

Marina zette de waterkoker aan, pakte uit de buffetkast grootmoeders kopje met blauwe bloemetjes. Ze ging aan de tafel bij het raam zitten, precies waar haar grootmoeder ooit zat te breien en sprookjes vertelde.

De telefoon ging onophoudelijk. Pavel belde om de vijftien minuten. Ze nam niet op. Daarna kwamen de berichten. Eerst van hem — smeekbedes om terug te keren, beloften dat hij met zijn moeder zou praten. Daarna van Valeria — dreigementen en beledigingen. Van de schoonmoeder — manipulerende teksten over hoe haar bloeddruk was gestegen en dat het allemaal Marina’s schuld was.

Ze zette de telefoon uit.

Die eerste nacht sliep Marina nauwelijks. Ze lag op de oude bank onder grootmoeders lapjesdeken en dacht. Aan haar leven, aan haar huwelijk, aan hoe ze zich had laten gebruiken. Ze herinnerde zich alle keren dat ze “nee” had moeten zeggen, maar instemde. Alle momenten dat Pavel haar had kunnen verdedigen, maar verkoos te zwijgen.

’s Ochtends ging ze de tuin in. De appelbomen stonden in bloei, witte bloesemblaadjes dwarrelden neer als sneeuw. Ze pakte de snoeischaar en begon de zwartebessenstruiken te verzorgen. Het fysieke werk hielp haar denken.

Tegen de middag arriveerde Pavel. Ze hoorde het portier van de auto dichtslaan, het tuinhek kraken. Zonder zich om te draaien bleef ze bezig met de struiken.

— Marina, — riep hij. — Kunnen we praten?

Ze richtte zich op, legde de schaar neer. Draaiend naar hem toe zag ze een vermoeide, ongeschoren Pavel. Het was duidelijk dat ook hij de nacht niet had geslapen.

— Zeg maar, — zei ze.

Hij kwam dichterbij en bleef op een paar meter afstand staan:

— Marin, wat heb je nou aangericht? Mama weet geen raad meer. Valerka is beledigd. Waarom moest je dit doen?

— En waarom kwamen zij mijn datsja opeisen?

— Ze eisten niets, ze vroegen. Voor de kinderen toch.

Marina schudde haar hoofd:

— Pasha, zie jij echt het verschil niet? Of wíl je het niet zien?

Hij aarzelde en zei toen onzeker:

— Luister, misschien moeten we ze dat datsja toch geven? We gaan er toch zelden heen. Dan houden ze op met zeuren.

Lees verder door hieronder op de knop (VOLGENDE 》) te klikken !

ADVERTENTIE
ADVERTENTIE