De jongen opende de deur zachtjes op een kier en stapte het appartement binnen. De gebruikelijke roep: “Mama, ik ben thuis!” bleef uit. Veronika merkte meteen dat er iets niet klopte — haar zoon had zijn schoenen niet uitgedaan, het geritsel van zijn winterkleding en het geluid van de rits van zijn jas ontbraken. Hij bewoog niet, zuchtte niet zoals anders

Timofej opende stilletjes de deur en stapte het appartement binnen. Er klonk geen gebruikelijk “Mam, ik ben thuis!” Veronika begreep meteen dat er iets mis was. Hij deed zijn schoenen niet uit, maakte zijn jas niet los, geen geritsel van kleding. Geen voetstappen, geen zucht – stilte.
“Timka, ben jij dat? Ik heb haring gekocht, de aardappels koken al, we gaan zo eten!” riep ze vanuit de keuken.
Stilte.
“Timofej?”
Veronika veegde snel haar handen af aan een theedoek en liep de gang in. Eén blik op haar zoon was genoeg – er was iets gebeurd. Hij stond daar alsof hij de weg kwijt was, diep in gedachten. Ze liep naar hem toe, pakte hem bij zijn kraag en keek hem in de ogen.
“Heeft iemand je lastiggevallen? Is er iets gebeurd?”
“Nee… Mam… daar beneden…”
Zijn lichaam beefde, zijn ogen stonden vol tranen.
“Zeg me wat er is gebeurd!”
“Een hond… daar bij de vuilcontainers, in de kelder. Hij is gewond. Ik wilde hem helpen, maar hij gromde. Hij lag daar, kon niet opstaan. Het is koud… mensen gooien afval naar hem…”
Veronika zuchtte – het belangrijkste was dat haar kind ongedeerd was.
“Waar precies is die hond? In ons gebouw?”
“Nee, aan de overkant, waar ik langs loop als ik uit school kom. Mam, kunnen we erheen gaan? Nu! We moeten hem helpen!”
“Heb je iemand iets gezegd? Volwassenen?”
“Ja… Maar niemand deed iets. Ze liepen allemaal gewoon door.”
“Het is al laat en donker. Doe je jas uit. Misschien ligt hij daar gewoon te rusten.”

Lees verder door hieronder op de knop (VOLGENDE 》) te klikken !