— Dank je, — glimlachte Anna warm. — Mikhail heeft zoveel over geweldige collega’s verteld.
— Anna, laat Sveta de ring zien, — vroeg Mikhail Petrovitsj. — We hebben zo’n mooie uitgekozen.
Anna stak haar hand uit. De diamant fonkelde in de zon — duur, verfijnd. Sveta herkende de steen. Een halfjaar geleden had ze hem in de etalage van een juwelier gezien, droomend dat Mikhail Petrovitsj zo’n ring ooit aan haar zou geven.
— Prachtig, — zei ze door haar tanden heen.
— Echt? Mikhail heeft hem zelf gekozen. Hij zei dat hij meteen wist — dit is de juiste, — Anna keek vol bewondering naar haar man.
— Ik heb een scherp oog, — lachte hij. — Als je perfectie ziet, weet je het meteen.
Ze stonden nog een minuutje en wisselden beleefdheden uit. Daarna vertrok het pasgetrouwde stel om hun nieuwe appartement te bekijken.
Sveta ging achter de computer zitten. Het scherm gloeide, maar de letters leken te vervagen. Buiten maakte de stad geluid, mensen haastten zich, het leven ging door.
Maar binnenin voelde zij leegte.

Drie jaar lang kocht ze dure dassen en zette perfecte koffie. Drie jaar hoopte ze op een toevallige glimlach, op een vriendelijke blik. Drie jaar bouwde ze plannen voor een toekomst die er niet was.
En hij dacht ondertussen aan Anna. Nam haar mee naar het theater, kocht bloemen, wachtte tot ze vrij was van een mislukte relatie.
Sveta opende het laatje van haar bureau en haalde een map met documenten tevoorschijn. Haar ontslagbrief lag er al twee weken — ze had hem in een opwelling geschreven, maar durfde hem niet in te dienen.
Nu durfde ze het.
Ze pakte een pen en zette de datum van vandaag. Daarna stond ze op en liep naar het kantoor van Mikhail Petrovitsj.
— Mag ik? — klopte ze op de deur.
— Natuurlijk, Sveta. Iets dringend?
— Een ontslagbrief, — legde ze het papier op het bureau.
Hij hief een wenkbrauw:
— Serieus? Wat is er gebeurd? Niet tevreden over het salaris? De voorwaarden?
— Alles is prima. Gewoon… tijd om verder te gaan.
Mikhail Petrovitsj keek haar aandachtig aan:
— Begrijp ik. Jammer om zo’n medewerker te verliezen, maar succes, Sveta. Waar ga je werken?
— Weet ik nog niet. Ik vind wel iets passends.
— Dat vind je zeker. Je hebt gouden handen en een heldere geest.

Sveta knikte en verliet het kantoor. In de gang bleef ze staan, leunde tegen de muur en sloot haar ogen.
Lees verder door hieronder op de knop (VOLGENDE 》) te klikken !